dinsdag 26 oktober 2021

Een treurig voorval in herberg De Zwaan in Steenderen (1749)

Oudejaarsdag 1749 in Steenderen. Het is een mooie winterdag. Na het middagmaal maakt voorvader Esken Huetink vanuit zijn boerderij een kuiertje naar het dorp, een paar honderd meter verderop. Hij is rond de 65, dus niet meer de jongste. Daarom strijkt hij even neer in ‘het huis waar de Zwaan uithangt’, oftewel herberg De Zwaan. En waarschijnlijk ook voor een praatje en een drankje.
Toevallig komt ook een andere voorvader die dag naar Steenderen, de Hengelose Henricus Eggink. Hij bezoekt er zijn dochter Theodora. Zij is samen met haar man Jurriën Uitermark uitbater van eerdergenoemde herberg die in ieder geval al in 1599 bestaat. 
Ook Eggink zal rond de 65 jaar oud zijn geweest.
Esken en Henricus kennen elkaar. Enkele maanden eerder hebben ze elkaar nog getroffen voor de rechtbank in Hengelo. Ze raken aan de praat, maar op een zeker moment neemt het gesprek een minder prettige wending. Volgens de stukken krijgen ze een ‘different’ (een meningsverschil). Dat heeft alles te maken met die rechtszaak. 


Het uithangbord in Steenderen anno nu daar waar ooit café De Zwaan was gevestigd

Henricus Eggink
Net als zijn dochter heeft ook Henricus Eggink een herberg, maar dan in Hengelo (Gld). Een herberg met aanzien, want het is van oudsher de plek waar de heren van de Marke van Hengelo neerstrijken na hun jaarlijkse vergadering in de kerk. En er voor een aardig bedrag verteren. Dat was ook al zo in de tijd dat zijn oom Theodorus Rumpius junior de herberg bestierde.
Van Henricus zelf zijn in het dorp geen sporen meer te vinden. Waar zijn herberg stond, is niet bekend, al weten we dat het in de buurt van de kerk geweest moet zijn. Maar daar waren destijds zo veel herbergen.
Wel kunnen we nog een glimp opvangen van zijn grootvader aan moederskant, de predikant Theodorus Rumpius senior. Zijn naam prijkt tot op de dag van vandaag op de naamlijst van predikanten die hoog in de Remigiuskerk hangt. Met daaronder de naam van diens zoon Henricus, ook predikant, en eveneens een oom van Henricus Eggink. Over deze laatste oom valt het een en ander te vertellen. (Zie daarvoor mijn boek Een beerput die geen doofpot werd)

Naast het bier dat hij brouwt en de brandewijn die hij tapt, heeft Eggink op latere leeftijd meerdere beurdersbaantjes. Veel belastingheffingen worden in die tijd verpacht oftewel aanbesteed. Zo is hij ook ‘pachter van de armenoortjes’. Dat houdt in dat hij alle deuren langs gaat, de armenoortjes bij de mensen int en afdraagt aan de kerk. Dat doet hij niet alleen in Hengelo, maar ook in Steenderen. Een oortje is een munt: het woord leeft nog voort in de uitdrukking ‘het laatste oortje versnoepen’.
Financieel kent Henricus zijn ups en downs. De laatste jaren vooral downs. Een trieste neergang. Zeker voor iemand van wie beide grootvaders destijds op de lijst van rijkste inwoners nog op plaats twee en drie prijkten.

Esken Huetink
Esken is een van de diakens van de Steenderense kerk. In die hoedanigheid heeft hij de verantwoordelijkheid voor de armenoortjes in die plaats. Hij is zijn taak ervoor zorgen dat deze belasting er wordt geïnd, en vervolgens bij de armen terecht komt.
Dit jaar heeft hij lang moeten wachten op de afdracht van het door Henricus opgehaalde geld. Te lang. Op een gegeven moment raakt zijn geduld op. In september 1749 stapt Esken naar de rechtbank in Hengelo en vraagt aan de rechter om Henricus te manen het geld snel af te dragen. Dit op straffe van een verdere rechtsgang. Henricus reageert met te zeggen dat ‘hij niet onwillig is te betalen als de anderen’ (de andere pachters) dat ook zullen doen. Tja.

Oudjaar
Terug naar 31 december 1749, ’s middags zo rond half twee, in herberg De Zwaan te Steenderen. Na de gebruikelijke uitwisseling van beleefdheden en gemeenplaatsen moet Henricus wat van het hart. Het zit hem niet lekker. Hij voelt zich nogal in zijn kuif gepikt door de gerechtelijke stappen die Esken en zijn medediakenen hebben ondernomen en zegt tegen Esken: ‘gij had dat zo sterk niet moeten zo doen’. Oftewel: moest dat nou, zo’n zwaar middel inzetten door mij voor zoiets voor het gerecht te slepen?
Esken reageert met: ‘ik doe het voor de armen’.
Het blijken zijn allerlaatste woorden te zijn. Meteen daarop glijdt zijn pijp uit zijn mond en valt hij dood uit zijn stoel. Een aanwezige getuige heeft Esken nog vastgegrepen en tot Onze Vader gebeden. Dat hielp echter niet, want, zoals deze later verklaart: ‘dat (Esken) zo dood was gebleven’.


Dat Esken Huetink daer op hadde geantwoort Ik doe het voor de armen

Waarschijnlijk vanwege het aan Eskens dood voorafgaande ‘different’ is dit gebeuren voor Justitie aanleiding geweest enkele getuigen te horen. Gelukkig maar, want anders hadden wij dit verhaal niet gekend. Zoals viel te verwachten, is voorvader Henricus door de getuigen volledig vrijgepleit van eventuele doodslag.

De familielijnen van bovengenoemde voorvaders komen samen als in 1868 te Steenderen Arend Gerhard Garritsen (1840-1910) en Tonia Johanna Hartman (1847-1911) trouwen. Zij zijn mijn overgrootouders.

Zo zou Eskens pijp er uitgezien kunnen hebben. Op de foto Jacob Alberts Konter (1824-1914) (bron: Schokker Erf)
                    
Herberg De Zwaan lag aan de Dorpsstraat, op de plek waar nu Supermarkt Aalderink gevestigd is.

Genealogische noot

Mijn afstamming van Esken Huetink
Esken Arends Huetink          1714 x Reindje Jansen
Anna Maria Huetink              1751 x Gerrit Arends
Garrit Garritsen Steenweert  1797 x Catharina Harms Gerritsen
Harmen Garritsen                 1839 x Hendrika Teunissen
Arend Gerhard Garritsen      1868 x  Tonia Johanna Hartman
Harmen Garritsen                 1906 x Aleida Berendina ten Broek
Marinus Garritsen                 1939 x Gerrie Busser
Alice Garritsen

Mijn afstamming van Henricus Eggink
Henricus Jansen Eggink            ca. 1716 x  Megtelt Gielink
Antonius Hendriks Eggink               1749 x  Dersken Garritsen Regelink
Evert Antons Eggink                        1779 x Berendjen Siebelink
Teuntjen Everts Eggink                    1814 x Evert Jan Garritsen Hartman
Teunis Garritsen Hartman                1842 x Johanna Pennekamp
Tonia Johanna Hartman                   1868 x Arend Gerhard Garritsen
Harmen Garritsen                            1906 x Aleida Berendina ten Broek
Marinus Garritsen                            1939 x Gerrie Busser
Alice Garritsen

Eerdere versies van dit artikel zijn verschenen in:
  • De Zwerfsteen, periodieke uitgave van de Historische Vereniging Steenderen, 2013-4 (onder de titel Oudjaar 1749)
  • OTGB - Oostgelders Tijdschrift voor Genealogie en Boerderijonderzoek 2014-4
  • De Olde Kaste, uitgave van de Oudheidkundige Vereniging Hengelo (Gld) 2019-2 (onder de titel Twee voorvaders met een different)

Geen opmerkingen: